Naar het dak van de wereld
VERGEET ROUTE 66 ALS ULTIEME MOTORREIS. HET KAN NOG BIJZONDERDER, MOOIER, EXTREMER, WEIDSER EN VOORAL HOGER: DE HIMALAYA. BIJ VOORKEUR OP EEN ROYAL ENFIELD, HET LOKALE, ONVERWOESTBARE WERKPAARD. PAUL DUIJF MAAKTE HEM MEER DAN EENS EN KRIJGT ER GEEN GENOEG VAN.
BIJ TOEVAL
In 2004 was ik druk bezig met de voorbereidingen van een expeditie, toen ik bij toeval een foto onder ogen kreeg van een zwaar beladen motor in een met sneeuw bedekt berglandschap. De motor bleek een Royal Enfield te zijn, de besneeuwde bergtoppen in de Himalaya te liggen.
Hoewel ik zelf nog nooit op een motor had gezeten, laat staan gereden, bedacht ik me toen wel dat een tocht door de Himalaya voor de motorrijder het ultieme rijgenot zou moeten zijn. Die gedachte bleef aan me knagen.
Een paar weken later peilde ik bij vrienden voorzichtig het enthousiasme over een tochtje door de Himalaya. ‘Jij? Je kunt niet eens rijden!’, werd er geroepen, ‘maar we gaan wel met je mee, iemand moet je toch oprapen als je straks onderuit gaat…’ Maar wie het laatst lacht… Want ach, wisten zij veel dat de Enfield rechtsgeschakeld was en geen rembekrachtiging had. ‘Waar zit de startknop?’, werd nota bene aan mij gevraagd. ‘Wat dacht je van aantrappen!’
Wil je het hele artikel uit 2014 lezen in de originele opmaak van MotorMagazine?